|
Behelsende eenige nauwkeurige aanmerkingen over den staat van het Zeedelijke, Natuurlijke, en Artificiele der selver Landschappen: namentlijk van haar Regering, Godsdienst, Wetten, Gewoontens Van’t Aardrijk, Klimaaten, Sayfoenen, Gezontheden en Siektens. Van haar Huyfing, Kleeding, Manufacturen, Handel en Koopmanschappen. En van de Munten, Maten en Gewigten, die in de voornamste Koopsteeden in die Gewesten gebruykt worden. Begonnen met den jaare 1672 en geeyndigt met den jaare 1681.
|
|
-
Titelblatt Beispiel-Exemplar
|